Het oma-effect: hoe oma’s essentieel zijn voor het overleven van het menselijk ras

Het oma-effect: hoe oma’s essentieel zijn voor het overleven van het menselijk ras

Dit jaar hebben we nieuwe manieren moeten te vinden om contact te onderhouden met onze geliefde oudere generaties. Veel grootouders over de hele wereld hebben kennis gemaakt met nieuwe technologie waarmee ze met hun kinderen en kleinkinderen kunnen communiceren zonder hun gezondheid op het spel te zetten. Het is een niet geringe prestatie voor mensen die in de dagen voor de computer en het internet hebben geleerd hoe de wereld in elkaar steekt.

Het spreekt voor zich dat grootouders een bijzondere rol spelen in ons leven – vooral onze oma’s. Sinds het begin der tijden zijn ze actief betrokken bij de opvoeding van hun kleinkinderen. Mensen die het geluk hebben gehad hun grootouders te kennen, hebben daar vaak zeer goede herinneringen aan.

Maar volgens antropoloog Kristen Hawkes is de rol van de oma’s misschien belangrijker dan we ons realiseerden.

De oma-hypothese

Kristen Hawkes, onderzoeker aan de Universiteit van Utah, wilde een evolutionair mysterie oplossen: waarom leven vrouwen tot na de menopauze?

De levensduur van de meeste andere levende wezens gaat meestal niet ver verder dan hun voortplantingsjaren. De vruchtbaarheid van mannen neemt af na de leeftijd van 45 jaar, maar technisch gezien kunnen ze nog vrij laat in hun leven kinderen verwekken. Charlie Chaplin en Mick Jagger werden beiden vaders op 73-jarige leeftijd. Vrouwen verliezen echter rond de leeftijd van 50 of 60 jaar hun vermogen om kinderen te baren. Dr. Hawkes wilde weten: wat heeft onze soort er, vanuit evolutionair oogpunt, aan gehad om zoveel oudere vrouwen te hebben die gemakkelijk 30, 40, zelfs 50 jaar ouder konden worden dan het punt waarop ze niet meer vruchtbaar waren?

Als onderdeel van haar onderzoek reisde Dr. Hawkes naar Tanzania om het leven van de inheemse Hadza bevolking te observeren. De Hadza leiden een traditionele jager-verzamelaar levensstijl, net als onze voorouders van duizenden jaren geleden. Dr. Hawkes zag dat de gezondheid van jonge Hadza-kinderen gecorreleerd was met de inspanningen van hun moeders om voedsel te zoeken – behalve wanneer de moeder een kind verzorgde. In dat geval was de gezondheid van het kind niet gecorreleerd met het succes van de moeder, maar met het succes dat de oma had om voedsel te vinden. Met andere woorden, het waren de inspanningen van de oma die de gezondheid van het gezin als geheel waarborgden.

Dr. Hawkes observeerde een soortgelijk fenomeen bij andere jager-verzamelaarsstammen en ontwikkelde wat zij de “oma-hypothese” noemde: de theorie dat oma’s essentieel zijn voor het voortbestaan van de soort omdat zij het mogelijk maken voor moeders om te zorgen voor meer kinderen die met relatief korte tussenpozen worden geboren. Grootmoeders die langer leefden waren in staat om hun dochters te helpen meer kinderen op te voeden, en daarom werden vrouwen die de menopauze gehad hadden door natuurlijke selectie heel gewoon onder de mensen.

In oktober 2012 publiceerde Dr. Hawkes samen met haar collega’s Peter Kim en James Coxworth een fascinerende studie die haar theorie staaft met een wiskundig model. De onderzoekers pasten het concept van de menopauze en grootmoeders toe op de sociale structuur van een hypothetische soort chimpansees en ontdekten dat, binnen de computersimulatie, het oma-effect alleen al de levensduur van de soort binnen minder dan 60.000 jaar verdubbelde.

Van bessen in het bos tot een ijsje in de speeltuin

Maar geldt dit effect nog steeds voor een modernere levensstijl? Andere onderzoekers hebben deze vraag onderzocht. In 2008 publiceerden Rebecca Sear en Ruth Mace, antropologen uit Londen, een overzicht van 45 studies die de rol van verwanten bij het overleven van kinderen onder de loep namen.

Voor veel mensen die in hun leven gezegend zijn met een oma zijn deze bevindingen niet verrassend. Het opvoeden van jonge kinderen is uiterst vermoeiend, vooral de zorg voor een aantal kinderen die nog jong en zeer afhankelijk zijn. Dr. Sear en Dr. Mace stellen aan het begin van hun onderzoek dat “de lange periode van afhankelijkheid in de kindertijd en de korte tussenpozen tussen de bevallingen betekenen dat menselijke moeders voor meerdere afhankelijke kinderen tegelijk moeten zorgen. De meeste evolutionaire antropologen zijn het er nu over eens dat dit een te grote energetische last is voor moeders om alleen te kunnen dragen en dat ze de hulp van andere familieleden moeten inroepen om de inspanningen van de opvoeding van de kinderen te delen”.

We hebben onze oma’s misschien niet nodig om bessen te gaan zoeken in het bos voor onze peuters, maar als oma binnenkomt om de peuter mee te nemen voor een ijsje op de speelplaats zodat zijn moeder en de nieuwe baby een dutje kunnen doen – is dat het equivalent in de moderne tijd. In meer traditionele samenlevingen waar vrouwen de neiging hebben om met kortere tussenpozen meer kinderen te krijgen, is het heel gebruikelijk dat deze jonge moeders in de buurt van hun eigen moeders wonen en regelmatig op hun hulp rekenen.

Een andere band

De relatie tussen een oma en een kleinkind is meestal heel anders dan die tussen moeder en kind: minder gespannen, eenvoudiger, en vol eenvoudige liefde. Dr. Hawkes zegt in het Smithsonian dat oma’s wellicht hebben bijgedragen aan de grotere hersenen en sociale eigenschappen die uniek zijn voor de mens. “Als je een chimpansee, gorilla of orang-oetan baby bent, denkt je moeder aan niets anders dan aan jou,” zegt ze. “Maar als je een menselijke baby bent, heeft je moeder andere kinderen waar ze zich zorgen over maakt, en dat betekent dat er nu selectie is op jou – wat op geen enkele andere aap was – om haar veel actiever erbij te betrekken: ‘Mam! Geef aandacht aan mij!’..De verzorging door oma heeft ons het soort opvoeding gegeven dat ons sociaal afhankelijker heeft gemaakt van elkaar, en dat ons meer geneigd heeft gemaakt om elkaars aandacht te trekken.

Het is belangrijk om op te merken dat de oma-hypothese niet definitief is, en er zijn geleerden die er nog vraagtekens bij zetten. Sommigen geloven dat menselijke vrouwen niet ten behoeve van hun kleinkinderen, maar ten behoeve van hun eigen kinderen, voorbij hun voortplantingsjaren leven, aangezien kinderen nog vele jaren actieve betrokkenheid nodig hebben in vergelijking met andere soorten. Ze noemen die theorie “de moederhypothese.” Toch onderschrijft het wiskundige model dat Dr. Hawkes en haar collega’s in oktober 2012 publiceerden de oma-hypothese.

Heb je al je oma’s gegevens in je MyHeritage-stamboom ingevoerd? Je weet nooit welke ontdekkingen over haar achtergrond je in MyHeritage te wachten staan. Begin vandaag nog met het bouwen van je stamboom!